Persoonlijke noot van een achterkleindochter


Lucie van Dam van Isselt is mijn overgrootmoeder.

In 2016 heb ik een stichting opgericht met als doel het werk van Lucie breder onder de aandacht te brengen. Drie jaar later werd deze website gelanceerd waarin Lucies omvangrijke oeuvre digitaal bijeen wordt gebracht. Bij de lancering waren er zo’n 300 werken bijeengebracht, inmiddels meer dan 700.

Een eeuw geleden was Lucie van Dam van Isselt een grote naam in de Nederlandse kunstwereld en werd ze gewaardeerd om haar stillevens en verfijnde bloemschilderijen, maar bovenal om het gebruik van de vele witten in haar werk.

In deze ‘Persoonlijke noot’ uit de catalogus Lucie van Dam van Isselt, een markante Veerse Joffer (Uitgeverij WBOOKS, 2021) leest u hoe ik opgroeide met Lucies schilderijen, over mijn grootvader – de jongste zoon van Lucie -, over Lucies grote verdriet én onverwoestbaarheid, de bijzondere mensen die zij om zich heen had en mijn zoektocht van de afgelopen jaren. Zoals dit artikel en filmpje van Omroep Zeeland toont. Het schatgraven gaat door en levert hopelijk nog veel meer mooie resultaten op.

Bij mijn zoektocht word ik zeer geholpen door drs. Willem Blok, die eind vorige eeuw 2 solotentoonstellingen organiseerde waarvoor hij 200 werken in binnen- en buitenland opspoorde en een uitgebreide monografie over Lucie schreef. Vaak ziet u bij de werken een toelichting, meestal is deze afkomstig uit een van deze catalogi. Wim Blok is lid van het bestuur van de Stichting Lucie van Dam van Isselt, groot kenner van haar werk en laat heel regelmatig zijn licht schijnen op werken, vragen en onderwerpen die naar boven komen.

Mijn grootvader, Martin Ekker, heeft de solotentoonstelling in 1986 geopend. Hij was een hele aimabele markante man en groots verteller die hij was, heeft hij de herinneringen aan zijn moeder met de genodigden gedeeld. U kunt zijn toespraak hier teruglezen. Als kind heeft mijn grootvader zijn moeder helaas moeten missen, tot beider groot verdriet. Lucie scheidde van haar man Evert Ekker in 1907, hun zoontjes waren 8 en 6. Lucie mocht haar kinderen na de scheiding niet meer zien en het contact werd verbroken. Later is het gelukkig hersteld, sterker: kregen zij een hele goede relatie. In 1933 verhuisde Lucie naar Den Haag waar mijn grootvader met zijn jonge gezin woonde. Mijn vader en zijn broers gingen heel regelmatig als jonge jongetjes bij haar, hun oma, op bezoek en zij maakte unieke schilderijtjes voor hen.
Ook tijdens de tweede wereldoorlog woonde Lucie in Den Haag. Principieel weigerde zij zich aan te sluiten bij de door de Duitsers ingestelde Kultuurkamer, niet veel kunstenaars deden of durfden dat. In 1949 is ze overleden.

Op deze website vindt u een overzicht van de vele tentoonstellingen waar Lucie aan heeft bijgedragen in en na haar leven. Ook een overzicht met musea die werken van haar in hun bezit hebben, een aantal mooie kranten- en tijdschriftenartikelen, beeld van Lucie zelf en nieuwtjes. Maar vooral en bovenal natuurlijk haar schilderijen, voor zover ons bekend. De volgorde van de getoonde werken binnen de verschillende categorieën is betrekkelijk willekeurig omdat het jaar waarin een schilderij is gemaakt, vaak niet bekend is. Ik heb wel een onderscheid gemaakt tussen de afbeeldingen in kleur en zwart-wit.

Als u werken kent, die ontbreken, laat het weten svp. En ook als u meer informatie over Lucie zelf of één van de op deze website getoonde schilderijen heeft, is deze zeer welkom. Wilt u op de hoogte gesteld worden van nieuws of andere informatie omtrent Lucie van Dam van Isselt, abonneer u dan op de nieuwsbrief. U kunt me ook altijd mailen.

Ik hoop dat deze website een inspiratiebron zal zijn voor velen die Lucies schilderijen zo waarderen, dat het bijdraagt aan een breder inzicht in haar prachtige oeuvre en dat meer mensen haar mogen leren kennen en van haar werk kunnen genieten.

Karen Ekker (2024)

Lucie met haar beide zoontjes, ca. 1905


De Haagsche Courant, juli 1948:

Het doet er tenslotte maar weinig toe, wáár Lucie van Dam van Isselt haar naar schoonheid dorstende schildersblik op werpt, wat haar eeuwig jong en eeuwig levend kunstenaarshart bekoort, maakt zij tot pure schoonheid. [...] Een ieder heeft - óók de beroepsschilderijentoeschouwer - zijn speciale lievelingen. Voor ons behoort daartoe met Vermeer, Chardin en Fantin Latour ... Lucie.

Lucie met mijn vader, haar jongste kleinzoon, ca. 1940


Over Lucies werk in Op de hoogte, april 1935:

Dit werk is levende, rijke kunst, kunst die altijd geïnspireerd is en aldus het hart van iederen genieter verwarmen kan.
Dat is het schoonste, wat men van kunst zeggen kan.
En méér te zeggen is niet noodig.